- Rijsoord, 21 Maart. In de Kikkersteeg alhier staat aan de Oostzijde eene rij arbeiderswoningen, bewoond door acht gezinnen. Achter deze woningen bevindt zich een z.g. aflaat, welke dienst doet als loodsjes. In enkele dezer loodsjes wordt gezwingeld. Doordat de lantaarn ontplofte, ontstond in het loodsje, waarin H. v.d. G. zwingelde, Woensdagmorgen om 5 uur brand, welke weldra in zulke mate toenam, dat alle 8 woningen spoedig in lichte laaie stonden. De bewoners konden, geholpen door velen, nog menig stuk huisraad redden. Toch blijft de schade, die enkele leden, voor hen nogal groot. Dank zij de windstilte bleven de belendende gebouwen ongedeerd. De woningen, alsook de inboedel van een viertal bewoners, zijn verzekerd tegen brandschade. Nietttegenstaande het gemis aan ledigstaande woningen vonden de bewoners allen voorloopig een onderkomen.
Met toestemming van den Heer Burgermeester der gemeente Ridderkerk zijn 2 der bewoners uit de Kikkersteeg aan het collecteeren, waarvan de opbrengst onder hem verdeeld zal worden, wier inboedel niet tegen brandschade was verzekerd.
- Donderdagavond jl. hield de zangvereeniging "Oefening en Uitspanning" in de openbare school eene buitengewone vergadering, welke toegankelijk was voor Kunstlievende leden en geintroduceerden. Een zeer talrijk publiek was dan ook opgekomen, om van dezen aangenamen avond te genieten. Het programma, bestaande uit zangnummers en voordrachten, gaf hiertoe dan ook rijkelijk gelegenheid. Van de nummers, welke voor de pauze werden gezonden, ..ten(?) vooral uit "Morgenwandeling", "Heimwee" en "Werkmanslied"; van de, welke na de pauze werden ten gehoore gebracht, voldeden het ebst "Feestzang", "Het witte Hert", "Avondlied" en "Lief vaderland, Vaarwel!" Na het zingen volgden een vijfstal voordrachten: "Kitchener en de Wet"; "De twee Kelnerinnen", "Naar den commissaris", "Xantippe" en "Naar de Parade'. Het vervolg op de laatste voordracht, zal onder den tiel "Van de parade terug" door de spelers pas op de Uitvoering in Deember a.s. gegeven worden. Om zoo'nog te zitten wachten, dat zou voorwaar van het ubliek te veel gevergd zijn. En daarom besloot men dan ook maar, om, na een woord van hartelijken dank van den directeur, naar huis te gaan.