- Rijsoord, 7 Juni. Donderdag werd de heer C. Van Nes alhier vereerd met het bezoek van ongeveer 80 heeren, leden van het 48e Landhuishoudkundig Congres. Het doel van dit bezoek was de bezichtiging der vlasserij of wel meer bepaaldelijk de Kortrijksche rootmethode, zooals die door den heer C. Van Nes na twee proefjaren, thans op tamelijk groote schaal wordt toegepast. De heeren namen eerst nauwkeurig notitie van de gelegenheid in het boezemwater en van de bakken die daarbij gebruikt worden. Ze zagen de arbeiders die bakken leeg maken en weer vullen; ze konden zien hoe het vlas werd te droogen gezet. Een oogenblik werd ook het braken en zwingelen met de stoombraak en zwingelmolens bezichtigd. Dit laatste echter maar een klein oogenblik; het stof scheen de heeren ook niet erg te bevallen. Als de Kortrijksche wijze van rooten echter meer algemeen wordt toegepast zal deze hindernis echter gelukkig wel voor het grootste deel worden weggenomen. De heeren Van Nes beijverden zich de vragen der bezoekers zooveel mogelijk te beantwoorden en de verbetering tegenover de oude rootwijze aan te wijze. Na zoo ongeveer alles wat in dezen tijd van 't jaar van de vlasbereiding te zien is, te hebben opgenomen, vertrokken de heeren te voet naar de herberg van D. v. Warendorp, waar de koffietafel was aangericht. De EdelAchtb. heer Kruijff, burgemeester van Ridderkerk, heette hen daar met zeer weinig maar niet minder flinke woorden hartelijk welkom en uitte de beste wenschen voor het 48e Congres. Nog werd bij monde van den heer Fontein de Jong een woord van dank en hulde gewijd aan den heer Van Nes, voor zijne gastvrijheid niet alleen, maar vooral voor zijne onvermoeide werkzaamheid ter verbetering der vlasindustrie, die voorzeker een der meest waardige takken van landbouwnijverheid mag worden geacht. Blijkbaar zeer tevreden over hetgeen zij gezien hadden en voor het grootste gedeelte overtuigd van de werkelijk groote, zeer groote verbeteringen die de vlot-water-rotings-methode biedt, namen de heeren wederom palats in de 17 rijtuigen die hen van Zwijndrecht hadden overgebracht om de excurie verder voort te zetten.