rijsoord banner

INGEZONDEN
(Van ingezonden stukken wordt de kopij niet teruggegeven.)
Aan den Uitgever van de "Hoeksche Waard".
Waarde Heer!
De Engelsche en Amerikaansche dames, die dezen zomer te Rijsoord doorbrachten, zien zich tot hun spijt genoodzaakt te klagen over het gedrag van de kinderen en grootere jongens, die hen verscheidene keeren zeer ruw bejegend hebben. Zoo wel dit jaar als het vorige is het meer dan eens voorgekomen, dat, wanneer dames in een boot onder de brug door roeiden, de kinderen vanaf de brug de dames bespuwden. Zoo ook verleden week spuwde aldaar een jongen eene dame in het aangezicht, terwijl hij met twee andere jongens in den donker voorbijging. De dame hield dadelijk stil en vertelde het aan drie menschen, die op dat oogenblik voorbij gingen, maar de jongen ontkende het gedaan te hebben. De menschen zeiden het is slecht, maar voor zoover wij weten, werd er verder geen nota van genomen. In het donker was het niet mogelijk te zien, welke jongens het waren, noch met zekerheid te zeggen, welke van de drie zich zoo walgelijk aanstelde. Somtijds werden dames ruw bij den arm en den enkel gegrepen en een luid ”Good bye” hen in de ooren geschreeuwd. (Baldadigen) opgeschoten jongens hebben een dame tweemaal op den rug of in den hals geslagen. Eene andere dame werd op de hand geslagen en verleden jaar werd een oude dame, twee jongens te paard op een smallen dijk passeerende, bijna met opzet overreden.
Verleden week maakte een jongen van Papendrecht (wiens naam bekend is), met een pak te Rijsoord gekomen, het een der dames, die aan het schilderen was, zeer lastig; ten slotte kwam hij achter haar ezel en stootte deze met zijn hand om. Hem later in het dorp ziende, vroegen zij hem naar zijn naam, die hij echter niet wilde opgeven, toen hij met de politie werd bedreigd.
Het is onder de artisten, die in de omstreken geschilderd hebben, bekend, dat te Dordrecht en Papendrecht de kinderen wel zoo ruw en lastig zijn als men maar denken kan; maar het is te hopen, dat de Rijsoordsche jongens in het vervolg zullen toonen dat zij beter zijn dan bovengenoemde. De dames stellen o zoo veel belang in de kinderen. Zij hebben dit meer dan eens getoond, door ze gul te betalen, als zij voor model staan en ook door geld te geven om ze op den Koninginnedag eene versnapering aan te bieden, en daarom spijt het hen dat zij daarnetegen zoo behandel worden, als nu het geval is.
Ik zou hier gaarne bijvoegen, dat het veel beter zou zijn, wanneer de kinderen niet zoo rondom de dames gingen staan, terwijl zij aan het schilderen zijn, want kunstenaars worden niet gaarne bespied als zij aan het werk zijn. Alles wat zij wenschen, is alleen gelaten te worden. En dan zou men ze ook zulk een grooten dienst bewijzen, wanneer men het woord "Good bye" (goed bai) niet langer gebruikte als een groet. In de eerste plaats omdat het woord vaarwel beteekent en niet goeden dag of goeden avond, zooals de kinderen schijnen te denken. In de tweede plaats omdat het hen gewoonlijk wordt tegengeschreeuwd op eene manier, waardoor men blijkbaar zijn onbeschaafdheid openbaart.
Wij hopen dat het publieke eergevoel de Rijsoordsche kinderen voortaan zal weerhouden, waar zij op een weg zijn om binnenkort onder de bezoekers hunne onbeschaafdheid tot een spreekwoord te maken en waardoor de schilders zouden gedrongen worden naar een ander dorp te gaan. U dankzeggende voor de opname dezer regelen verblijven wij met hoogachting.
E.D. BRINTON
HENRIETTE WEAVER
JULIA H. BUNNELL

Nieuwsblad gewijd aan de belangen van De Hoeksche Waard, IJselmonde woensdag 23 oktober 1895 (18e jg.)